Mouterij De Goudsbloem was de laatst werkende traditionele mouterij van Schiedam. Het pand werd omstreeks 1800 gebouwd en maakte onderdeel uit van een groter gebouwencomplex, inclusief een branderij. Mouterij en branderij vormden samen familiebedrijf A. de Koning. Eerst produceerde dit bedrijf een eigen jenever; later fuseerde De Koning met de Amsterdamse distilleerderij en likeurstokerij Lucas Bols.
Mouterij De Goudsbloem is gelegen in de zogenaamde Brandersbuurt, waar veel arbeiders tussen de tientallen branderijen en jeneverstokerijen woonden. De wijk werd in die tijd Zwart Nazareth genoemd, vanwege de eeuwige kolendamp van de mouterijen, branderijen, jeneverstokerijen en glasfabrieken. De leefomstandigheden waren er slecht: grote gezinnen woonden op weinig vierkante meters. Vaak moest een hele steeg het met slechts één toilet doen. Eén voordeel van die tijd was dat grachten en sloten nooit bevroren vanwege het hete afvalwater van de drankindustrie.
In de jaren zestig van de vorige eeuw stond de gemeente op het punt de mouterij te slopen, als onderdeel van een stadsvernieuwingsproject. Krakers redden het gebouw van de ondergang. Na jarenlange leegstand zijn in het pand inmiddels enkele tientallen studio’s te vinden.